De Duitse ruimtevaarder Alexander Gerst aan boord van een Zero-G vlucht.
Foto: ESA

De naam André Aubert is voor veel Belgen wellicht onbekend maar toch is deze man bij veel Europese en internationale ruimtevaarders goed gekend. André Aubert is professor aan het Laboratorium voor Experimentele Cardiologie van de K.U.Leuven campus Gasthuisberg en heeft samen met zijn collega dr. Bart Verheyden al heel wat kennis vergaart op vlak van onderzoek naar de gevolgen van gewichtloosheid op het menselijk lichaam. Door mensen te onderzoeken die de ruimte in gaan, kan men een beter inzicht krijgen in bepaalde processen in het lichaam. Dankzij de goede samenwerking tussen het Europese ruimtevaartagentschap ESA en Rusland kan Aubert ondermeer ook onderzoek verrichten in Rusland waar men veel meer ervaring heeft met langdurige bemande ruimtemissies. De Belgische professor bestudeert samen met zijn collega vooral de controle van het hart door de hersenen. Hiervoor worden ruimtevaarders dan ook voor en na hun ruimtemissie uitvoerig onderzocht.

Opgeblazen gezichten

In een gewichtloze toestand hebben bloed en lichaamsvocht de neiging om te gaan samenklitten in de elastische bloedvaten, de buik of de borstkas. Aangezien er geen zwaartekracht is in de ruimte, ontstaat er dus in het menselijk lichaam een opwaartse stuwing van vocht waardoor we vaak ruimtevaarders zien met opgeblazen gezichten. Na verloop van tijd past het lichaam zich aan deze nieuwe situatie aan doordat de hartspier en de bloedvaten in de benen elastischer worden. Volgens André Aubert en Bart Verheyden zijn langdurige ruimtemissies vreemd genoeg minder erg voor het menselijk lichaam dan kortstondige. Bij langdurige missies krijgen de ruimtevaarders meer de kans om in beweging te blijven en draagt men speciale kledij waardoor het bloed makkelijker terug in de benen komt. Wanneer een ruimtevaarder terug op aarde is, zal zijn lichaam zich terug aanpassen aan de zwaartekracht indien men over een goede conditie beschikt. Na de eerste langdurige bemande ruimtemissies bleken veel ruimtevaarders last te hebben van orthostatische intolerantie waardoor ze vaak niet meer konden rechtstaan of flauwvielen.

Cardiocog
De Spaanse ruimtevaarder Pedro Duque voert aan boord van het ISS ruimtestation
het Cardiocog experiment bij zichzelf uit - Foto: ESA

Medische kennis voor Chinese ruimtevaarders

Nadat Frank De Winne in 2002 voor een eerste maal de ruimte in ging was professor Aubert eveneens betrokken bij de tweede bemande Chinese ruimtevlucht in 2005. Zo werd met de Cardiocog apparatuur gegevens verzameld van de Chinese ruimtevaarders. Dit experiment werd ook al uitgevoerd op ondermeer de Russische kosmonaut Gennadi Padalka die van 21 april tot en met 23 oktober 2004 aan boord van het ISS ruimtestation verbleef. Dit experiment werd door Belgische onderzoekers ontwikkeld. Hiermee kan men zowel de elektrische activiteit van het hart meten alsook de bloeddruk. Uit al dit onderzoek is ook gebleken dat niet enkel ruimtevaarders er beter van worden, maar mensen op aarde hier eveneens voordeel kunnen uit halen. Mensen die regelmatig last hebben van flauwvallen, kunnen een trainingsprogramma volgen dat gebaseerd is op de resultaten van onderzoek naar astronauten. Daarnaast kan men op deze manier ook veel meer leren over de vermindering van spierkracht en het verzwakken van het bot wanneer een lichaam zich in de ruimte bevindt. Ruimtevaarders slagen er echter in binnen de zes maanden na hun terugkeer om de schade die hun botten opgelopen hebben, opnieuw te herstellen door aangepaste oefeningen.

Kris Christiaens

Oprichter & beheerder van Belgium in Space.
Medebeheerder & hoofdredacteur van Spacepage.Ruimtevaart & sterrenkunde redacteur. Volg mij op Twitter: @KrisChristiaens