Van 7 tot en met 20 februari 2010 verblijven zes Belgen in het Mars Desert Research Station (MDRS) in de verlaten woestijn in het zuiden van de Amerikaanse staat Utah. Tijdens deze gesimuleerde Marsmissie sluit de Belgische ploeg zich vrijwillig op in een Marshabitat van twee verdiepingen hoog en met een doorsnede van 8 meter. Zoals echte ruimtevaarders zullen de zes Belgen gedurende vijftien dagen volledig geïsoleerd leven en zullen zij zich enkel naar buiten kunnen begeven in speciaal aangepaste pakken. Deze expeditie wordt georganiseerd door de Belgische afdeling van de Mars Society dat begin 2009 opgericht werd met als doel onderzoek en educatie over Mars te promoten. De crew bestaat uit leden afkomstig uit de Vlaamse, Waalse en Duitse gemeenschappen en staat onder leiding van Nancy Vermeulen. Voor België is deze missie een grote primeur aangezien het de eerste keer is dat een dergelijke crew bestaat uit leden afkomstig uit één land. Doordat dit het 90ste team zal zijn dat in het MDRS verblijft, kreeg de missie de officiële naam 'MDRS 90'.
De Belgische ruimtevaarder Frank De Winne heeft op 24 november het gezag over het internationaal ruimtestation ISS overgedragen aan zijn Amerikaanse collega Jeffrey Williams. Omstreeks 16u00 Belgische tijd, net voor de toegangsluiken tussen het ruimteveer Atlantis en het ISS dichtgingen, liet Frank De Winne weten dat het een 'voorrecht, een plezier en een privilege' was om te mogen werken met een uitzonderlijke crew. De overdracht van het bevel over het ISS vond iets vroeger plaats dan normaal aangezien dit meestal gebeurt net voor de gezagvoerder terugkeert naar de Aarde.
Frank De Winne is afgelopen nacht samen met zijn overige collega's vroegtijdig uit zijn slaap gehaald omwille van een vals alarm aan boord van het internationaal ruimtestation ISS. Om 02u36 Belgische tijd ging plots een alarm af met de melding dat er snel drukverlies optrad aan boord van het complex. Vluchtleidingscentra in Houston, Moskou en Duitsland merkten al snel op dat het om een vals alarm ging. Onder leiding van Frank De Winne inspecteerde de bemanningsleden het ISS waarna de gezagvoerder aan de vluchtleiders liet weten dat alles veilig was.
Frank Daerden van het Belgisch Instituut voor Ruimte-Aëronomie (BIRA) is een expert op vlak van ijswolken die ondermeer op andere planeten voorkomen. Deze ijswolken spelen ook een belangrijke rol in het gat in de ozonlaag. Nadat dr. Frank Daerden al uitvoerig ijswolken op Aarde had bestudeerd, hielp hij mee aan de ontwikkeling van een computermodel dat voorspelt hoe groot het ozongat in de atmosfeer van onze planeet wordt. Doordat wetenschappers in het verleden vermoedden dat er op Mars eveneens ijswolken zouden voorkomen, aangezien Mars het meest op de Aarde lijkt, werd het computermodel aangepast voor de 'rode planeet'.
De Expedition 21 bemanning aan boord van het internationaal ruimtestation heeft een drukke week achter de rug. Nadat op 10 november 2009 de Russische Mini-Research Module 2, beter gekend als 'Poisk', in de ruimte gebracht werd, koppelde het tuig zich twee dagen later probleemloos vast aan de Russische Zvezda module van ISS. De toegangsluiken tussen het ISS en de nieuwe koppelingsmodule werden enkele uren later plechtig geopend waarna de Russische ruimtevaarder Maxim Suraev Poisk als eerste betrad.
De tweede in België gebouwde Proba satelliet blijkt optimaal te functioneren. Nadat Proba-2 op 2 november probleemloos in een baan om de Aarde gebracht werd, begon men alle Attitude & Orbital Control System onderdelen uitvoerig te testen. Op dinsdag 10 november schakelde men de GPS-ontvanger aan boord van Proba-2 aan en een dag later werd het belangrijke Micro Advanced Stellar Compass geactiveerd.
Een groep Belgische en Japanse wetenschappers trekt binnenkort naar de Zuidpool op zoek naar meteorieten. De onderzoekers van de Vrije Universiteit Brussel (VUB), Université libre de Bruxelles (ULB) en het Japanse National Institute of Polar Research (NIPR) zullen meer dan een maand lang op de Zuidpool de regio rondom het Prinses Elisabeth onderzoeksstation afspeuren naar zogenaamde 'zwarte stenen'.
Op maandag 2 november 2009 werden vanop de Russische Plesetsk lanceerbasis de Europese SMOS en Belgische Proba-2 satellieten met succes in de ruimte gebracht. De twee ruimtetuigen vertrokken om 02u50 Belgische tijd en werden in een lage baan om de Aarde gebracht door middel van een Russische Rockot draagraket. De belangrijkste vracht aan boord van de Rockot raket was de Europese Soil Moisture and Ocean Salinity (SMOS) aardobservatiesatelliet waarmee het Europese ruimtevaartagentschap onderzoek wil uitvoeren naar de vochtigheid en zoutgehaltes op onze planeet.
De Proba-2 satelliet zal niet alleen nieuwe ruimtevaarttechnologiën demonstreren maar heeft ook een belangrijke wetenschappelijke missie. Het Solar Influences Data analysis Center (SIDC) maakt deel uit van het Belgische Solar-Terrestrial Centre of Excellence (STCE) en heeft twee instrumenten in handen aan boord van de PROBA-2 satelliet.